Familie van Saane vertrekt naar Gambia Dordrecht

DORDRECHT – De bijna voltallige inboedel van de familie Van Saane gaat morgen (zaterdag) in de verkoop. Reden hiervoor is het aanstaande vertrek van vader Daniël (34), moeder Jeannet (35) en hun kinderen Iris (10) en Sven (7) naar het Afrikaanse Gambia. “We kunnen toch niet alles meenemen en willen in Afrika niet het luxe leventje van een westerling leven”, zegt Daniël van Saane over deze opmerkelijke verkoop.

 

Het spannende avontuur komt voor het gezin Van Saane steeds dichterbij. Veel verhuisdozen zijn al ingepakt, het huis is verkocht en de banen zijn opgezegd om eerst naar Emmeloord te vertrekken en in november naar Gambia te verhuizen. Afrika heeft het gezin Van Saane al jaren in zijn greep. Toen bij het Insula College, waar Daniël vandaag zijn laatste werkdag heeft, een paar jaar geleden een uitwisselingsproject met Oeganda op het programma stond maakte hij voor het eerst kennis met het continent. “Samen met mijn vrouw en wat leerlingen gingen we naar Oeganda om daar een schooltje te bouwen. We hebben daar verschillende dingen gezien die ons aangrepen. Aids sloeg om zich heen en we vroegen ons toen al af of we niet iets konden doen”, vertelt Daniël. Er volgden meerdere reizen naar Afrika en al snel kwam Gambia in beeld. Afrika ging leven binnen het gezin en eind vorig jaar is besloten de grote stap te wagen. In Gambia gaan ze wonen in een compound (een soort wijk) in het dorpje Bwiam. “Het is een vrij kleine gemeenschap. De compound biedt huisvesting aan de scholieren, zowel basisschool als vervolgopleidingen. De school heeft een regiofunctie. Uiteindelijk wil ik hier ook les gaan geven”, zegt Daniël. De vier gezinsleden leven dan tussen de studenten en lokale leiders. Het eerste jaar zal vooral in het teken staan van wennen, de stamtaal leren en zich de gewoontes van de lokale bewoners eigen maken. Jeannet gaat zich richten op activiteiten voor de jongeren.

Boodschap
Daniël en Jeanette gaan het werk in Gambia verrichten vanuit de interkerkelijke zendingsorganisatie WEC (WereldEvangelisatie voor Christus). Samen met een Canadees echtpaar geven ze leiding aan de compound en draaien ze mee in een agrarisch project. “Het dorpje ligt drie uur rijden van de kust vandaan. Daar is bijna geen goed onderwijs meer. Wij hebben het idee dat we hier de bevolking met onze kennis veel kunnen meegeven. Zo willen we analfabeten Engels leren. Maar natuurlijk zullen we zelf ook veel leren. En we hebben zeker niet het idee dat wij de wereld kunnen veranderen.” Hij voegt daaraan toe: “De mensen leven daar dagelijks in angst. Voor hekserij of tovenaars. Wij vertellen dat er ook een ander geloof is, de blijde boodschap van God. Ik kom daar als gelovige en ik wil helpen. Dit is niet los te koppelen. Het is ook onze motivatie om te gaan.” Het gezin vertrekt voor onbepaalde tijd naar Afrika, maar na twee jaar is een evaluatiemoment ingelast. Dan wordt gekeken hoe het gaat.